Zaterdag 23 September

23 september 2017 - Clarksdale, Mississippi, Verenigde Staten

Vandaag was de tweede en tevens laatste dag in Clarksdale.
De eerste indrukken van gisteren gaven het vermoeden dat het niet zo’n heel bruisend geheel was in Clarksdale.
Die vermoedens bleken juist. Clarksdale was grotendeels uitgestorven en bood een desolate indruk. Veel verlaten en vervallen panden, nauwelijks iemand op straat.

IMG_9401 IMG_9402 IMG_9067 IMG_9068

We besloten eerst even wat rond te rijden en dan het rijtje met “activiteiten” af te werken.
Als eerste “Crossroads”, de kruising waar US highway 61 en 49 elkaar kruisen.
Volgens de verhalen ging blues-legende Robert Johnson hier ’s nachts een keer naar toe om gitaar te spelen.
Toen hij daar zat te pingelen verscheen er een grote zwarte man (de duivel), die zijn gitaar afpakte en ‘m perfect stemde. Eenmaal gestemd wilde de duivel de gitaar alleen maar aan Robert Johnson teruggeven in ruil voor zijn ziel. Blijkbaar was Robert meer gesteld op zijn gitaar dan op zijn ziel, want de deal was snel beklonken. Toen hij zijn gitaar weer terug had bleek deze perfect gestemd en bleek Robert perfect de blues te kunnen spelen. Dat leek dus een prima deal te zijn geweest.
Toen ik het verhaal zo las kreeg ik toch sterk het vermoeden dat Robert stoned als een garnaal, of straalbezopen op een kruispunt met zijn gitaar ineen is gezakt en dat zijn buurman hem overeind geholpen heeft en zijn gitaar heeft gestemd. Maar ja, da’s natuurlijk geen mooi verhaal voor een legendarische blues song....
IMG_9053 IMG_9054 IMG_9415

De volgende op het lijstje was het Rock & Blues Museum van Theo Dasbach.
Theo is een Nederlander die een uitstekende baan had bij ABN-AMRO. Op een gegeven moment werd Theo overtollig verklaard en kon hij gebruik maken van een goed sociaal plan met bijbehorende royale bonus.
Met dat geld is Theo via Memphis naar Clarksdale getrokken om daar op advies van zijn vrouw een museum te beginnen. Niet omdat ze zijn verzameling zo bijzonder vond, maar meer omdat ze die zooi niet meer in huis wilde hebben.
Het museum was leuk om eens doorheen te lopen. Het was een grote verzameling platen uit verschillende periodes, met daaromheen bijbehorende krantenartikelen, posters, instrumenten, etc.
IMG_9404 IMG_9407 IMG_9408 IMG_9410 IMG_9405 IMG_9406 IMG_9058 IMG_9059 IMG_9056 IMG_9061 IMG_9062
IMG_9411
The Dutch corner

Aan het eind kwam Theo zelf ook nog even langs en vertelde dat hij zo buiten voor het museum ging optreden.
Toen we buiten kwamen zat Theo daar op zijn electrische piano de sterren van de hemel te spelen, begeleid door zijn vriend Iceman.
Verder was er niemand op straat, dus wij waren het enige publiek.
Theo mocht dan wel een blues museum hebben, maar hij had niet echt de blues. Timing en ritmevastheid behoorden niet tot Theo zijn kerncompetenties, om het maar eens netjes te zeggen. Iceman was ook niet echt een begenadigd en ritmevaste drummer. Terwijl ritmegevoel en vastheid toch tamelijk essentieel zijn voor een drummer.
Het enthousiasme was aandoenlijk, de uitvoering vaak tenenkrommend en de zon en hitte op straat waren verzengend.
Na beleefd 2 nummers te hebben aangehoord namen we afscheid van Theo en Iceman.
IMG_9064 IMG_9065
IMG_9403
Bij thema-hotel tegenover het museum waren ze in ieder geval erg duidelijk over hun core-business...

Om de hoek zat Cat Head Delta Blues & Folk Art van Roger Stolle. Thé Mississippi Blues Store en volgens de recensies een unieke winkel met een unieke verzameling bluesplaten en artikelen. Het meest unieke waren toch wel de prijskaartjes die overal aanhingen. Zelfs met de standaard Trudy-korting was Roger nog een stuk duurder dan onze eigen Theo’s Tripje J records in Tiel.
Wederom geen mens in de winkel, behalve de winkelbediende die achter de kassa niet onverdienstelijk gitaar zat te spelen.

Hoe klein en uitgestorven Clarksdale ook was, er was nog een tweede museum: het Delta Blues Museum.
Dit was zo’n beetje het officiele museum van Clarksdale (het museum van Theo Dasbach was meer een privé-verzameling).
Dit museum ging meer over de legendes van de Delta Blues. Het was wat mooier en ruimer opgezet, maar er zat niet veel lijn in. Dingen leken willekeurig te zijn neergezet.
IMG_9412  IMG_9414 IMG_9076 IMG_9072

IMG_9082
Ook de "dampers" worden in de USA de deur gewezen....

Na het Delta Blues museum toch nog even een bezoekje gebracht aan het Cigar Box Guitar Festival, wat plaatsvond in iets wat voor een theater door moest gaan, genaamd “the New Roxy”.
IMG_9075 IMG_9190
Als dit the New Roxy was, wilde ik the Old Roxy wel eens zien...
Het festival zou pas later die avond beginnen. Bovendien waren we die avond ervoor wel een beetje genezen van cigar box guitar muziek.

Het laatste onderdeel van het dagprogramma was een bezoekje aan the Shack Up Inn bij de Hopson Plantation.
Dit unieke hotel, dat een paar kilometer buiten Clarksdale lag, was opgebouwd met oude “shacks”, hutjes van katoenplukkers uit vroegere tijden.
Zoals de eigenaar van het hotel zelf zei: toen deze shacks vroeger op de plantages stonden sprak iedereen er schand van dat hier de arbeiders in moesten wonen. Tegenwoordig betalen mensen zonder met hun ogen te knipperen $100 per nacht om erin te mogen slapen. Hij lachte zich helemaal scheef.
Het zag er wel geweldig uit. De lobby en de kantine waren prachtig ingericht met een verzameling oude troep waar Secunda nog een puntje aan kan zuigen.
IMG_9078 IMG_9079 IMG_9191 IMG_9077 IMG_9416 IMG_9417 IMG_9081

’s Avonds was het de beurt aan Red’s Lounge (of Red’s Blues Club, of Red’s Juke Joint, volgens mij weet niemand echt hoe de toko heet).
Naar verluidt was dit de laatste of in ieder geval één van de laatste “juke joints” in de Mississippi delta.
Een juke joint, ook wel barrelhouse genoemd omdat de drank rechtstreeks uit de vaten getapt werd, was vroeger een tent waar de Afro-Amerikaanse katoenplukkers na een week heel hard werken muziek kwamen maken en hun zeer zuur verdiende geld op kwamen drinken en vergokken, omdat ze de “witte tenten” niet in mochten vanweg de Jim Crow Laws.
Jim Crow Laws waren de verachtelijke wetten in de zuidelijke staten waarbij de rassenscheiding wettelijk was vastgelegd.
Er was ons verteld dat ze bij Red’s behoorlijk kieskeurig waren en dat alleen de betere blues muzikanten daar mochten spelen.
Red’s Lounge zag er aan de buitenkant niet heel uitnodigend uit. En dan druk ik mij nog vrij voorzichtig uit.
Red's Lounge
Entree bij Red’s was een schamele $10. De dame bij de entree, nou ja...entree...gammele deur meer, deed enorm haar best om ons te tonen dat het onderwijsniveau in Clarksdale bijzonder laag lag. Ik zei haar dat we met zijn zessen waren, waarna zij na een lange rekensom tot een totaalbedrag van $60 uitkwam.
Ik had nog maar $50 bij de hand, dus Ineke gaf de dame alvast $10, waarna ik haar de resterende $50 gaf.
Dus ik zei haar: dat is $60 voor 6 personen en wilde al naar binnen gaan. Maar daar trapte Einstein niet in. Ik had haar slechts $50 gegeven, geen $60.
Ja dat klopt, zei ik, maar die andere $10 heeft zij (wijzend op Ineke) gegeven en zij hoort ook bij die 6 personen, dus zo is het goed.
Dat was toch effe een niveautje te hoog voor deze vrouwelijk Pythagoras van de Mississippi Delta. Ik had slechts $50 gegeven en die $10 had die mevrouw (wijzend op Ineke) gegeven.
Ik veranderde van tactiek: wij zijn eigenlijk met z’n vijven, dus hier is $50 en trouwens, die mevrouw die net $10 gaf wil ook naar binnen.
Toen was het goed....
Binnen bleek het er niet heel veel beter uit te zien dan aan de buitenkant. Er was op zijn zachts gezegd niet bepaald sprake van een overdaad aan luxe. Wat bij elkaar geraapt meubilair dat door Secunda zonder twijfel geweigerd zou worden, een ietwat rommelige bar, vergeelde posters aan de afgebladderde wanden. Kortom: een aardige representatie van hoe een juke joint er vroeger uit gezien moet hebben. Helemaal goed, daar kwamen we voor!
En natuurlijk voor de halve liters koud bier die de vrolijke barman ergens uit een bak ijs vandaan toverde.

Van de vermeende kieskeurigheid qua selectie van muzikanten, was in ieder geval die avond heel weinig te merken.
De gitarist kon wel een heel aardig stukje blues spelen. De drummer was geen virtuoos, maar kon wel redelijk maat houden. De toetsenist-zanger was ook nog goed te doen.
Als ze het daar nou bij gelaten hadden, hadden we nog wel een lekker stukje blues gehoord die avond. Nou was er echter een keyboard player met een dubbele keyboard, die om de één of andere vage reden ook toegelaten was op het podium. Hij leek mij een typisch gevalletje begeleid wonen.
De beste man kende geen van de bluesnummers die er gespeeld werden, hoewel het merendeel toch uit standaard bluesschema’s bestond. Dat was voor hem echter geen enkel probleem. Hij zocht de nummers gewoon ter plekke uit. Op vol volume.....dwars door de andere muzikanten heen.....telkens een half nummer lang. Dat gaf af en toe toch wel wat Josti-band effecten.
Wat later kwam er ook nog een vent met een hoed, een steelguitar en een kleine versterker binnen, die enthousiast verwelkomd werd door de andere muzikanten. Gezien het enthousiasme van de andere muzikanten verwachtte ik een virtuoos op steelguitar. Helaas was het tegenovergestelde het geval. Hij had geen flauw benul van bluesschemas of toonsoorten. Gelukkig ging zijn versterker niet zo hard, dus hoorde je ‘m alleen als de andere muzikanten al gestopt waren en hij nog niet door had dat het nummer eigenlijk al was afgelopen.
Iceman, de ritmeloze drummer van eerder die dag, mocht later ook nog een nummertje meezingen. Hij bleek gelukkig een stuk beter te zijn in performen dan in drummen.
Al met al weer een bijzondere ervaring deze juke joint.

IMG_9087 IMG_9089 IMG_9097 IMG_9102  IMG_9110 IMG_9103

Onze vaste Clarksdale Uber-girl Christina bracht ons in een volgepakte pickup truck weer veilig terug naar het hotel.

IMG_9398
De balkonscene in het hotel...
 

Foto’s